Kersttradities: Chanoeka - Postzegelblog

Kersttradities: Chanoeka

0

Chanoeka is een joods feest. Het duurt acht dagen. Ter nagedachtenis aan het ‘Chanoeka-wonder’ (uit een heel klein beetje heilige olie, brandde een kaarsje acht dagen lang). De eerste dag van dit feest begint na zonsondergang van de 24e dag van de joodse maand Kislev. Kislev is de derde maand van het joodse jaar en telt 30 of 29 dagen. Chanoeka wordt gevierd van 25 december 2024 tot en met 2 januari 2025.

Chanoeka

Chanoeka is een joods feest. Het feest staat ook wel bekend als ‘het feest van de lichtjes‘ of inwijdingsfeest. Het feest duurt acht dagen, ter nagedachtenis aan het ‘oliewonder’ in de Tweede Tempel van Jeruzalem in 164 v.Chr. De eerste dag van dit feest begint na zonsondergang van de 24e dag van de joodse maand kislew.

Met het feest wordt de herinwijding van de Tweede Tempel in 164 v. Chr. door Judas Makkabeüs gevierd. Na de herinwijding was er volgens de beschrijving van het wonder van de olie in de Talmoed slechts één kruikje kosjere olie voorradig om de menora te branden tijdens de reiniging van de Tempel. Het kruikje raakte echter niet leeg voordat nieuwe zuivere olie was toebereid, maar schonk genoeg olie om de menora gedurende acht dagen brandend te houden.

 

Het verhaal van Chanoeka

Het verhaal van Chanoeka gaat over Juda de makkabeeër. De makabeeën zijn familie van hogepriesters hun aanhangers werden ook onder de makabeeën gerekend. Juda leefde in een tijd waarin de Joden zwaar onderdrukt werden, het zogenaamde hellenistische tijdperk. Het ging zelfs zover dat de Griekse onderdrukkers een varken offerde op de heilige tempel in Jeruzalem, een varken is in het Joodse geloof onrein. De Grieken wilden zelfs een standbeeld van Zeus in de tempel zetten. De Joden pikten dit echt niet meer en besloten terug te slaan in een groepje waar Juda de leiding over had.

De Chanoeka-postzegel toont een sierlijke 19e eeuwse hanukkiyah met een opmerkelijk verleden. Het verzilverde object, oorspronkelijk gemaakt in Polen, zou in november 1938 zijn gered uit een brandende synagoge in Duitsland, rond de tijd dat er wijdverbreid geweld uitbrak in door de nazi’s bezette gebieden.

Ze kregen steeds meer aanhangers en wonnen steeds meer stukken land terug! Het groepje werd zo populair dat alle Joden Juda nu ‘Jehuda haMakabi’ gingen noemen, dat betekent Juda de Hamer. Het groepje van Juda werd omdat ze steeds meer veldslagen wonnen bekend als de Makabeeërs. Eindelijk bereikten Juda en zijn mannen Jeruzalem en na een moeilijk gevecht wonnen ze van de Grieken! Maar toen ze de tempel binnenliepen zagen ze dat alles vernield was, het was de taak van de hogepriester om alles weer mooi te maken. Na veel werk is de tempel weer hersteld en mensen vieren dat met Chanoeka.

 

Het wonder van de olie

De hoge menora die in de Tempel stond was door de Grieken omgegooid en moest weer recht gezet worden. De chanoekia is een 9-armige kandelaar (menora). Hij heeft voor elke dag één kaarsje. Het middelste kaarsje wordt elke dag als eerste aangestoken en wordt dan gebruikt om de andere kaarsen aan te steken.

Nadat dit gedaan was, merkten de priesters dat er geen oliekruiken meer waren. Een van hen vond echter nog een klein kruikje, met de juiste verzegeling door de kohen gadol (de hogepriester), met daarin nog net genoeg olie om de menora een dag te laten branden. De menora werd aangestoken en de Tempel werd opnieuw ingewijd. De priesters moesten op zoek naar meer ritueel gezuiverde olijfolie om de menora te laten branden, maar konden die niet vinden. De volgende dag was het kruikje echter opeens weer vol.

De dag daarna gebeurde hetzelfde en zo ging het acht dagen lang. Op miraculeuze wijze was de kleine hoeveelheid olie uit het gevonden kruikje dus voldoende voor acht dagen, de tijd die nodig was om nieuwe olie te persen en te zuiveren. Volgens een andere visie duurden de feestelijkheden van de inwijding van de tempel acht dagen, omdat de Makkabeeën gedurende twee jaar ondergrond leven niet de mogelijkheid hadden gehad om Soekot te vieren, en dat ze bij hun terugkeer in Jeruzalem een uitgesteld Soekot vierden.

De hogepriester, priesters, Makkabeeën en het gewone volk vierden een groot feest en de hogepriester stelde dit feest in op dezelfde tijd van het jaar, de maand kislew, opdat de Joden deze wonderlijke gebeurtenis niet zouden vergeten. Daarom vieren de joden jaarlijks vanaf de 25e kislew het feest van Chanoeka, dat ‘(her)inwijding’ betekent.

 

Aansteken van de chanoekia

De chanoekia heeft plaats voor 8+1 lichtjes, meestal kaarsjes of vlammetjes op olie. De chanoekia verschilt van de Menora die zeven armen heeft. Gedurende het feest wordt elke dag, direct nadat het donker is geworden, een lichtje meer aangestoken: de eerste dag één, de tweede dag twee en zo voorts, tot op de achtste dag alle lichtjes branden. Op de vrijdagavond van de sjabbat wordt de chanoekia aangestoken voor de sjabbatkaarsen.

Bij het aansteken wordt elke dag eerst het extra (“negende”) lichtje aangestoken, de sjamasj of sjammes. Sjamasj is afgeleid van het Hebreeuwse sjimoesj, ‘dienst’, omdat dit lichtje dienstdoet om de andere aan te steken. De sjamasj staat iets afgezonderd van de andere lichtjes, qua hoogte of plaats. Nadat het aangestoken is, worden met de sjamasj in de hand de andere lichtjes aangestoken. De lichtjes worden telkens van links naar rechts aangestoken. Maar ze worden in de vorm van kaarsjes daarentegen van rechts naar links neergezet. De eerste dag het meest rechter lichtje, de tweede dag de twee rechter lichtjes, etc. Op die manier wordt het laatst bijgeplaatste lichtje het eerst aangestoken.

Na het aansteken van de sjamasj en voor het aansteken van de andere lichtjes spreekt men twee zegens uit: asjer tsivanoe ‘die ons gebood’ en sje’asa nisiem ‘die wonderen deed’. Alleen op de eerste dag van Chanoeka spreekt men een extra zegen uit: sjehechijanoe ‘die ons deed beleven’. De kaarsen behoren minimaal een half uur te branden, en ze blijven branden tot ze vanzelf uit gaan. In totaal heeft 44 kaarsen nodig voor de gehele 8 dagen van chanoeka.

Na het aansteken van de kaarsjes spreekt men vaak een tekst uit met de redenen voor het aansteken van de lichtjes en de regels omtrent het gebruik ervan: Hanerot halaloe ‘deze lichtjes’. Hierna zingt men in de Asjkenazische traditie het Maoz Tsoer, in de Sefardische traditie Psalm 30. Het Maoz Tsoer is een acrostichon; de eerste letters van de coupletten vormen een naam. Men zingt vaak alleen het eerste couplet.

Een bijzonder aspect van de chanoekia met lichtjes is dat men – indien dit geen gevaar mee kan brengen – wordt geacht deze in het raamkozijn neer te zetten. Deze regel is bijzonder in het jodendom, dat verder een nogal introvert karakter heeft. Chabad-Lubavitch, een extraverte chassidische richting rondom de Lubavitcher Rebbe, heeft hieruit zelfs een gebruik afgeleid tot het plaatsen van gigantische chanoekiot op publieke plaatsen. Soortgelijke chanoekiot staan in Israël ook los van die chassidische stroming. In veel families heeft elk familielid een eigen chanoekia.

 

Dreidel

De dreidel, trendel of sevivon is een vierzijdig tolletje waarmee tegenwoordig vooral kinderen spelen. Traditioneel wordt tijdens het joodse chanoeka feest met de dreidel gespeeld.

Moderne houten dreidel. Foto: Roland Scheicher / Wikipedia.

Op de vier zijden van de dreidel staan vier Hebreeuwse letters: noen, giemel, hee en sjien. Deze vier letters staan voor de Hebreeuws woorden Nes Gadol Haja Sjam, vertaald als: ‘een groot wonder gebeurde daar’. Met het wonder wordt het wonder van de olie bedoeld, dat bij het chanoeka feest wordt herdacht. In Israël wordt de sjien vervangen door de pee, zodat er staat: een groot wonder gebeurde hier (Nes Gadol Haja Pò). Toen de joodse studie tijdens de Chanoeka-episode onder de Syrische bezetter verboden was, werd het tolletje gebruikt om in het geheim te studeren; als studenten werden betrapt deden zij net alsof zij een onschuldig spelletje speelden.

Het spel met de dreidel draait om een pot, waarin munten, noten of chocolade gedaan wordt door de deelnemers. Om de beurt draaien de deelnemers aan de dreidel en komt een van de letters boven. De betekenis van de letters, ontleend aan het Jiddisch, is als volgt:

  • Nichts (niets – je krijgt niets)
  • Ganz (gans – je krijgt alles)
  • Halb (half – je krijgt de helft)
  • Shtell arein (stop (stel) erin / je moet bijleggen in de pot)

Het spel gaat door totdat iedereen blut is, behalve de winnaar, die heeft alles.

 

Meer info:

Chanoeka: https://chanoeka.info/

Eerdere kersttradities blogs: https://www.postzegelblog.nl/tag/kersttradities/

Gratis online postzegelcatalogus

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
Thematisch Canada Israël India Verenigde staten Kerst



Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

Kijk dan bij Collect Club.

Beoordeel met 1 sterBeoordeel met 2 sterrenBeoordeel met 3 sterrenBeoordeel met 4 sterrenBeoordeel met 5 sterren (3 stemmen, gemiddeld: 5,00 uit 5)
Laden...
PrintSchrijf een reactie

Reacties (0)

Schrijf een reactie

(registratie is niet nodig)