Grafisch ontwerper Peter Vos verbeeldt met de 60 cent kinderzegel 1980 (nvph 1212) en de vier kinderzegels 1982 (nvph 1275/78) relaties tussen ‘kind & boek’ en ‘kind & dier’. Peter Vos verbeeldt in negen pseudo-postzegels ook een relationeel contact namelijk dat tussen ‘hem-en-zijn-vader’.
Beide toppunten van positieve en negatieve werkelijkheidsbenaderingen: ‘aanhalen & intensiveren’ tegenover ‘afstand scheppen & emotie verminderen’.
Gerelateerde artikelen
1) Één kinderzegel 1980
Een jongetje zit op deze kinderzegelafbeelding in bed met een kussen achter de rug te lezen in een boek, terwijl op zijn ene knie de kikkerkoning, hoofdfiguur uit verhaal, met hem ‘meeleest’.
Door de pakkend aansprekende beschrijving is het voor het jongetje feitelijk een levensechte ervaring dat de hoofdfiguur van het boek met hem ‘mee geniet’ van het verhaal. Je gaat op zo’n indringende wijze in het verhaal op dat deze postzegelafbeelding voor het jongetje overeenkomt met de echte werkelijkheid.
2) Vier kinderzegels 1982
In deze emissie worden dieren innerlijk menselijke trekken toebedeeld en waarin mensen door identificatie uiterlijk dierlijke kenmerken gaan vertonen.
50 cent & 60 cent
Een drietal koolmezen zoekt in de ‘gebladerte’ krullenbol van de jongen een plaatsje. Deze speelse activiteit komt geheel overeen met de fantasiewereld van het kind
Een jongetje heeft voortstappend zijn arm om een poes geslagen. Het kind is een beetje poes geworden (bevorderd door ‘twee-puntige-muts-á-la-kattenoren’). De poes is een beetje kind geworden. Er is van vereenzelviging, identificatie sprake. Voor beiden is de inleving groot. Door lijfelijke contact wordt het extra versterkt.
65 cent & 70 cent
In de omgang met het dier houdt het kind ons een spiegel voor. Daarbij kan de vraag gesteld worden: ”Wat is echt, wat is gespeeld in ons dagelijks gedrag?” Het konijn ‘denkt’ een spiegel te zien, maar in werkelijkheid ziet hij een tekening van de jongen. De werkelijkheid is anders, maar het konijn blijft in de waan. In de relatie kind en dier is een groeiproces gaande. Het emotionele neemt af, het rationele zal steeds verder toenemen.
Het wat oudere kind heeft de behoefte de eigen identiteit tegenover de ander al iets duidelijker te laten uitkomen. Het uiterlijk vertoon is daarbij belangrijk. De verandering laat hij door een omhoog staande haartooi zien (met behulp van haarversteviging). Hiermee komt hij overeen met kaketoe, die bij opwinding zijn kuif omhoog steekt.
- Op uitdrukkelijk verzoek van tekenaar Peter Vos zijn de vier kinderpostzegels in dezelfde kleuren bruinrood en grijzen uitgevoerd: “Het zijn mijn lievelingskleuren.” Meestal wordt door het postbedrijf de eis gesteld dat de postzegels in kleur verschillen, waardoor ze duidelijk van elkaar zijn te onderscheiden.
- Op de 65 cent kinderzegel stond aanvankelijk een meisje met een vogel. PTT vond iets te veel vogel in één emissie. Het thema kind & dier is met drie vogels en één beest-zegel moeilijk te realiseren. Het konijn heeft het evenwicht in de emissie dus hersteld.
- Op de zomerzegelserie 1984 mocht Peter Vos van het postbedrijf zijn passie voor de vogel wel ten volle uitvoeren.
3) Emotioneel wrange jeugdherinneringen & -bespiegelingen
- De verhouding tussen Peter Vos (1935 – 2010) als begenadigd tekenaar en zijn dominerende en indoctrinerende vader (Cornelis Vos) was problematisch: “Mijn zoon Peter zal de grootste tekenaar van Nederland worden!” Deze vaderlijke voorspelling kon de jonge, talentvolle Peter bepaald niet waarderen als zijn vader voor de zoveelste keer in het bijzijn van anderen deze wens uitsprak. Het riep destijds een bijzonder ongemakkelijk gevoel bij Peter op.
Het opvoedingsideaal van Peters vader is een tijdgebonden ideaal geweest: zijn vader is omstreeks 1900 geboren met het normen- en waardenpatroon, dat toen nog heerste. Na het overlijden van zijn ultra-kritische vader, die bij wijze van spreken voortdurend spiedend op zijn rug zat, zei de talentvolle Peter: “Ik voel me bevrijd!” - Ruim 33 jaar na de dood van zijn vader ‘leeft’ de hartgrondige hekel, die Peter Vos steeds met zijn vader had, nog volop. Zie de ‘pseudo-postzegel-emissie GEVOELENS’ als een bijzonder persoonlijke reactie, sublimering. Een wijze van afreageren om het negatieve gevoel van onverwerkte woede en agressie kwijt te raken.
- Peter verwoordt het aldus: “Jubileumserie Gevoelens. Aan Pappa. Want dat is: een verslag aan U, die niet meer zichtbaar bent over de onzichtbare getijden in mijn zeven en veertigste.” Dit is dus een ‘bericht’ over de eb en vloed in het gevoelsleven van Peter Vos.
4) Sprekende postzegelpapiertjes
Beeldrecht
Doordat er beeldrecht op de afbeeldingen rust, is het helaas niet mogelijk om de afbeeldingen in dit artikel te plaatsen.
Afbeeldingen bekijken
Om de afbeeldingen te kunnen bekijken kunt u hier of op de afbeelding klikken. Er wordt dan een pdf gedownload en als u die opent dan vindt u op pagina 33 de afbeeldingen.
Peter Vos: “Deze serie postzegels met informatieve tab heb ik voltooid in de eerste week van januari 1982. Spoken kun je zichtbaar maken als de lege lijken in Pompeï.” Peter Vos verbeeldt zichzelf als een uiterst actief werkende ‘mier’ in deze bespiegelingen in een echte spiegel, waarin een cumulatie van treurige emoties valt te ontdekken.
Hoogstwaarschijnlijk is het ontwerptracé van de kinderpostzegelemissie 1982 voor Peter Vos de aanleiding geweest om de postzegel als emotionele ‘uitlaatklep’ te gebruiken.
Godsdienst in mijn darmen en Dood in mijn hoofd
* ½ cent: ‘GODSDIENST in mijn darmen’: “Godsdienst? Ik kan er aanwijsbaar tegelijk wel van schijten en spugen. Ik moet er niets van hebben! De paarse kleur en de scheuren in de steek verwijzen naar het katholieke geloof.”
* 1 cent: ‘DOOD in mijn hoofd’: “Magere Hein met zeis brengt meteen de sombere gedachte van de dood weer levendig actief in mijn hoofd en gedachten!”
Plicht op mijn nek en Zwarte gal in mijn mond
* 1½ cent: ‘PLICHT op mijn nek’: Mijn vader zat voortdurend op mijn nek met de uitspraak: “De plicht roept! Met andere woorden aan het werk en niet wat doelloos omhangen.”
* 2 cent: ‘ZWARTE GAL in mijn mond’: “Wie gal in mijn mond spuwt, kan geen honing in zijn hart hebben!”, is mijn overtuiging.
Angst in mijn merg en Verlies in mijn hart
* 5 cent: ’ANGST in mijn merg’: De tegenstelling tussen het beschadigde en opengereten lentegroen en het zwarte gat in mijn ziel komt overeen met de intens pijnlijke angst, die ik met mijn vader heb beleefd en ervaren. Het ging mij als ‘mier’ door merg en been!
* 7 cent: ‘VERLIES in mijn hart’: “Iets wat je niet bezit, voel je dat als een gemis, als een verlies? Een hartenkreet: “Wie zal het mij als ‘mier’ zeggen? Wie reikt mij de hand?”
Papa in mijn geheugen
* 20 cent: ‘PAPPA in mijn geheugen’: het ‘half-vergeten-zijn’ van mijn vader wordt door een half lichaam zonder hoofd in de spiegel verbeeld, terwijl een hand van mijn vader roerloos naar beneden hangt.
* de afbeelding van het hart in de eerste-dag-stempel is door een bliksemschicht letterlijk gebroken! Zie deze stempelafdruk als een verbeelding van Peter Vos, die stelselmatig jaren aaneen door zijn vader figuurlijk is ‘af-gebroken’.
5) Slot
- Op de kinderzegels & pseudo-postzegels staan relationeel persoonlijke betrekkingen centraal.
- Zijn het psychologische (zelf)portretten van Peter Vos & vader Cornelis Vos? Bij de beoordeling van de pseudo-postzegels vraag ik me wel af: “Wie van beiden is aan het woord?” op de pseudo-postzegels met een minimum aan ruimte en een maximum aan zeggingskracht.
- Bekend is wel dat Peter zijn hele leven naar zichzelf keek met de ultra-kritische ogen van zijn vader. Het was nooit goed genoeg.
Reacties (1)
Mooi verhaal Bate. Ben zelf een fan van tekenaar Peter Vos. De kleine expo in Singer Laren is net afgelopen, maar een aantal tekeningen van zijn boek ‘333 Vogels’ is te zien op de site: https://www.vogelsamsterdam.nl/tekeningen-van-peter-vos-in-singer-laren-tentoonstelling/
Schrijf een reactie
(registratie is niet nodig)