Nederland heeft zijn kinderzegels, België de reeks Jeugdfilatelie, Duitsland zijn Jugendmarken. De Nederlandse Kinderzegels zijn echt geprojecteerd op de leefwereld van kinderen, zoals de laatste jaren Kinderen van het Rijksmuseum (2014), Jip en Janneke van Fiep Westendorp (2016), Jan, Jans en de kinderen (2017), Fabeltjeskrant (2018), Kinderboeken (2019), vorig jaar Nijntje en dit jaar treden Heer Ollie en Tom Poes weer op om hun 80e verjaardag te vieren.
Gerelateerde artikelen
Bij deze jongste emissie moet ik echter wel opmerken dat dit al de derde keer wordt dat ze optreden, op 14 mei 1995, als emissie van een helaas in mijn ogen nooit voltooide stripreeks, in 2016 bestond de strip 75 jaar en nu gaan ze voor de derde keer optreden.
Bij deze derde keer op de Kinderzegels (ben al ’eeuwen’ verslingerd aan strips) moet ik echter wel een vraagteken zetten. Ik heb hun avonturen nou nooit echt iets voor kinderen gevonden. Die vonden Wipperoen, Sjors en Jimmy (hoewel dat ook niet meer kan), en Paulus leuker. En wat Paulus betreft had ik meer respect voor zijn geestelijk vader Jean Dulieu dan voor Toonder. Dulieu heeft al zijn duizenden en duizenden tekeningen zelf gemaakt, Toonder had een hele studio tot zijn beschikking.
Maar dan de al meer dan veertig jaar lopende Belgische zegelreeks Jeugdfilatelie, overigens nou ook niet bepaald kinderzegels, praktisch alle met vermaarde Belgische en/of internationaal bekende stripfiguren. Dat begon schoorvoetend in 1979 met het optreden van Kuifje en Bobby, en daarna volgde in 1984 de Postbodesmurf. Maar sinds 1987 (Suske en Wiske) hebben stripfiguren op Jeugdfilateliezegels niet meer ontbroken. Om een paar te noemen: Lucky Luke 1990), in 1991 vier stripfiguren, o.a. Blake en Mortimer, 1990, negen stripfiguren met o.a. Jerry Spring, Kapitein Blakeland (2002), Michael Vailant (2004), Jeremiah en Kurdy (2008), Largo Winsch (2010), Thorgal (2015), 60 jaar Guust Flater (2017), 75 jaar Suske en Wiske (2021), en afgelopen 25 januari verscheen Straffe Stripdames.
Dan naar Duitsland, naar de jaarlijkse serie Für die Jugend, waarvan de eerste serie verscheen op 22 mei 1962, vier zegels waarop vlinders. Vlinders, inderdaad, en zo is het praktisch in al die bijna zestig jaar gebleven. Zelden of nooit afbeeldingen die betrekking hebben op de kinderwereld, maar wel poezen, of schepen, dus afbeeldingen die te vergelijken zijn met de jaarlijkse Wohlfartsmarken. Neem nou de afgelopen jaren: Inheemse zangvogels (2013), Vissen (2015), Marionetten (2017), Paddenstoelen (2018), Vleermuizen (2019) en vorig jaar Historische brandweerauto’s. En dat terwijl er in Duitsland sinds 2014 voor de tweede keer een reeks ’Sprookjes van de Gebroeders Grimm’ loopt.
Op 5 augustus is de editie 2021 verschenen: Historische Nutzfahrzeuge-Traktoren. Afgebeeld worden: 80+10, Porsche Diesel Master 1958, 95+15, Bergmann Gaggenau 1906 en 155+55, Lanz HP Knicklenker 1923. De enige verklaring waarom deze zegels Jugendmarken heten is dat de bijslag sinds 1965 gaat naar de Stiftung Deutsche Jugendmarke waarmee kinder- en jeugdprojecten worden gefinancierd.