Het postzegelvel Tuinvogels in Nederland dat op 20 mei is verschenen, is een vervolg op de PostEurop-uitgifte Vogels in Nederland van 23 april 2019. De illustraties van beide emissies zijn door Michelle Dujardin verzorgd. Yvonne Warmerdam heeft het ontwerp uitgevoerd
Gerelateerde artikelen
Tuinvogels in Nederland: uitgiftedatum 20 mei 2109
Op het postzegelvel zijn veel voorkomende, beeldvullende en gespiegelde postzegelafbeeldingen van zes tuinvogels geplaatst. Vijf vogels zitten op een takje en eentje zit op de grond. De vogels zijn groot en vrijstaand voor een witte achtergrond op de postzegels terecht gekomen, waardoor een rustig en uitgebalanceerd beeld ontstaat.
Vijf vogel-postzegels
1) Pimpelmees
De pimpelmees is van oorsprong een bosvogel, maar heeft zich aan de menselijke omgeving aangepast. Zelfs op de dunste twijgjes vindt de pimpelmees nog voedsel. Graag broedt de vogel in nestkasten. ’s Winters komt de vogel dicht bij huis, bungelend aan vetbollen en pindanetjes. Volgens schattingen telt ons land 275.000 tot 350.000 broedparen.
2) Winterkoning
De bijzonder kleine winterkoning met opgerichte staart is een van de meest algemene broedvogels van ons land. Pas bij voldoende dekking bouwt de vogel zijn nest. Ondanks de naam is de vogel niet bestand tegen koude winters. Volgens recente tellingen telt ons land 500.000 tot 600.000 broedparen.
3) Roodborst
De roodborst maakt meestal zijn nest goed verborgen op de grond. ’s Winters trekt een deel van de roodborsten naar warmere streken waar meer voedsel is te vinden. Ook vogels uit noordelijke en noordoostelijke streken trekken als het kouder wordt naar het zuiden en komen zo in ons land terecht. Het aantal broedparen wordt op 350.000 tot 450.000 geschat.
4) Huismus
De huismus is een algemene en zeer bekende broedvogel in dorpen en steden. De stevig gebouwde vogel bezit een grote snavel en verhoudingsgewijs een grote kop. Mannetjes verschillen sterk met vrouwtjes door donker kleurverschil. Het voedsel bestaat uit zaden, granen, insecten, bloemknoppen, brood, bessen, pinda- en vetbollen. Aantal broedparen omvat 500.000 tot 1.000.000 broedparen.
5) Goudhaan
De zangvogel goudhaan is van snavel tot staartpunt maar 8½ cm lang en daarmee Europa’s kleinste vogel. In de broedtijd worden de vogels niet vaak in de toppen van naaldbomen, lariksen en sparren ontdekt. Goudhanen leven in groepjes en trekken vaak op met mezen. Het aantal broedparen wordt geschat op 40.000 tot 50.000.
6) Koolmees
De koolmees met een zeer gevarieerde zang behoort tot de meest algemene en bekendste broedvogel van ons land. De vogel is herkenbaar aan zijn gele lijf en zwarte kop en broedt vaak in nestkasten. Bijvoeren in de winter stelt de vogel op prijs. In koude winters kan grote sterfte optreden. Aantal broedparen in ons land varieert van 500.000 tot 600.000.
Postzegelvelrand
Op de onderkant van het postzegelvel staan aan weerskanten bloeiende boomtakken in combinatie met illustraties van een vogelhuisje aan een boomtak en een koolmees. Tussen deze tekeningen staat een tekst over de rol die tuinvogels in ons leven spelen. Op de tabs naast de postzegels wordt een transparante versie van de vogel-illustraties herhaald.
Zen-tekentechniek
Michelle Dujardin tekent op een intuïtieve manier heel dunne potloodlijntjes op papier, waarbij ze tijdens de eerste fase niet naar het papier, maar onbevangen en ontspannen naar het onderwerp kijkt. Deze tekenmethode doet denken aan de krabbelpatroontjes, die je tijdens een lange ’telefoon-wacht-periode’ onbewust, ’tijd-vergetend’ en gedachteloos (hoofd leegmakend) tekent. Zen tekenen is een vorm van meditatie of mindfulness, waarbij stilte en rust een vereiste is.
Past na deze schetsfase, waarin een natuurgetrouwe afbeelding ontstaat, krijgen de alledaagse vogels met aquarelverf, Japanse verfstiften en/of Oost-Indische inkt een dekkende en/of transparante kleur.
Reacties (0)
Schrijf een reactie
(registratie is niet nodig)