Dick Davis, een Britse ontwerper, kreeg de opdracht om vier postzegels te ontwerpen met afbeeldingen van onderzeeërs die de Royal Navy in dienst had gedurende de 100 jaar dat de onderzeebootdienst bestond. De eerste onderzeeër was de Holland 1, afgebeeld op een prentkaart uit 1905 waarop deze te zien is varend in de Solent tussen de zuidkust van Engeland en het eiland Wight.

Het is duidelijk dat Dick Davis een dergelijke prentkaart of een foto die toen is genomen heeft gebruikt ten behoeve van zijn ontwerp. De achtergrond op de postzegel is anders dan op de prentkaart. De zittende marineman bestuurt de onderzeeër. Op de postzegel is een silhouet van de boot opgenomen alsmede een ‘blauwdruk’ in de vorm van een tekening.

De Holland 1 bestaat nog steeds en is te zien in het onderzeeërmuseum van de Royal Navy in Gosport. Tijdens een van onze vakanties hebben wij dat museum bezocht dat net opnieuw was ingericht alsmede de onderzeeër HMS Alliance, afgebeeld op de prentkaart. Deze onderzeeboot werd gebouwd tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog en in 1947 in dienst genomen. De Holland 1 kreeg nog vier zusterschepen, Holland 2 tot en met 5. Ze zijn gebouwd door de marinewerf van Vickers in Barrow-in-Furness. De bemanning bestond uit 8 koppen en drie witte muizen. Die muizen waren aanwezig om de luchtkwaliteit bij het onderwater varen in de gaten te houden. De onderzeeër werd op 5 november 1913 uit de vaart genomen.

Net voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog werden 49 onderzeeërs gebouwd in de zogenoemde U-klasse. Op twee na, die in Chatham Dockyard werden gebouwd, werden al deze onderzeeërs van deze klasse gebouwd door Vickers. De eerste drie boten werden gebouwd in 1936 en hadden de namen HMS Undine, HMS Unity en HMS Ursula. Ze hadden dieselmotoren en elektromotoren, de laatste voor onderwater vaart. De meeste boten in deze klasse kregen als marinebasis Malta om de Middellandse Zee te beschermen. Ze behoorden tot de 10^de Submarine Flotilla.

Op de prentkaart een afbeelding van HMS Unity. De kiel van de boot werd gelegd op 19 februari 1937 en de tewaterlating vond plaats op 16 februari 1938. De boot werd in dienst gesteld op 5 oktober 1938 en had als thuisbasis Dundee in Schotland. Op 19 april 1940 voer de boot uit om te gaan patrouilleren bij de Noorse kust toen tijdens dichte mist een aanvaring plaatsvond met het Noorse vrachtschip Atle Jarl en na vijf minuten zonk. Van de 31 bemanningsleden verloren twee zeelieden het leven. Negentien schepen gingen tijdens de oorlog verloren waarvan dertien in de Middellandse Zee en zes in de Noordzee en Atlantische Oceaan.

Zes onderzeeërs werden gebouwd in de zogenoemde Swiftsure Class. Het waren boten die een kernreactor aan boord hadden voor het opwekken van de energie benodigd voor de voortstuwing, een stoomturbine, en de apparatuur. De zes onderzeeërs in deze klasse werden gebruikt vanaf april 1974 tot september 2008 toen HMS Sovereign en HMS Superb als laatste uit de vaart werden genomen.

Op de prentkaart is HMS Splendid afgebeeld, varend voor de kust van Schotland. Deze boot was te water gelaten op 5 oktober 1979 en net als de vijf zusterschepen gebouwd door de marinescheepswerf VSEL te Barrow-in-Furness. De onderzeeër werd op 5 mei 1981 in dienst gesteld en in 2004 uit de vaart genomen. De bouwkosten bedroegen bijna 100 miljoen pond. De onderzeeër nam deel aan de acties tijdens de Falkland oorlog in 1982 en in 1999 aan de actie tegen Joegoslavische doelen waarbij Tomahawk raketten werden afgevuurd. Dat gebeurde ook in de oorlog tegen Irak in 2003.

De postzegel werd naast de gegomde exemplaren ook opgenomen in een postzegelboekje met twee zelfklevende zegels. De onderzeeërs in de Swiftsure Class hadden 116 bemanningsleden aan boord. De boot woog 4.900 ton en had een lengte van bijna 82 meter.

Vier onderzeeërs werden gebouwd in de zogenoemde Vanguard Class door de marinewerf Vickers Shipbuilding and Engenering (VSEL) te Barrow-in-Furness tussen 1986 en 1999. Het waren eveneens onderzeeërs die een kernreactor aan boord hadden voor het opwekken van de energie benodigd voor de voortstuwing, een stoomturbine, en de apparatuur. De vier boten zijn nog steeds in dienst. De eerste, HMS Vanguard, werd op 4 maart 1992 te water gelaten en op 14 augustus 1993 in dienst genomen. Het zijn grote boten met een lengte van 147 meter en een gewicht van 15.900 ton. Elke boot heeft twee bemanningen bestaande uit 135 zeelieden.

In het stempel van de eerste dag van uitgifte van de serie postzegels van Davenport te Plymouth is de alarmkreet ‘Dive! Dive! Dive!’ opgenomen. In de periscoop is dan ook een oorlogsschip te zien dat recht op de onderzeeër afkomt. Is de onderzeeër ontdekt? Worden dadelijk dieptebommen afgeworpen? Zullen de bemanningsleden de aanval overleven? Of weet de onderzeeër te ontkomen door diep weg te duiken?

Tijdens de zeeoorlogen zal de kreet ‘Dive! Dive! Dive!’ vele malen zijn gebruikt. We hebben bij ons bezoek aan Gosport en de rondleiding in HMS Alliance een simulatie meegemaakt waarbij we in de periscoopruimte stonden, in het donker, met slechts een klein lampje aan het plafond dat rood licht uitstraalde. Uit de luidsprekers klonk steeds harder het ‘ping’ geluid van de sonar en het geluid van de schroeven van naderende oorlogsschepen. Het was een vreemde gewaarwording want automatisch keken we naar boven! We konden ons goed voorstellen hoe het in werkelijkheid geweest moet zijn. Een ervaring om nooit te vergeten.

Kijk in onze catalogus voor meer postzegels
• Historisch • Groot Brittannië • Tweede wereldoorlog

Nieuwsgierig naar de nieuwste postzegel- en postzegelproducten?

(4 stemmen, gemiddeld: 5,00 uit 5)

Laden...