Een detective die over de gehele wereld bekend is geworden vanwege zijn belevenissen opgeschreven door Sir Arthur Conan Doyle is ongetwijfeld Sherlock Holmes met zijn goede vriend Dr. Watson. Over deze detective zijn vier romans verschenen en 56 korte verhalen.
Gerelateerde artikelen
Arthur Ignatius Conan Doyle werd op 22 mei 1859 geboren in Edinburgh. Van 1876 tot 1881 studeerde hij medicijnen aan de Universiteit van Edinburgh waarbij hij onder de indruk raakte van Dr. Joseph Bell, een van de professoren. Bell legde de nadruk op het belang van observatie en deductie wat later in zijn verhalen over Sherlock Holmes tot uitdrukking kwam. Hij werd arts en specialiseerde zich in oogheelkunde. In 1891 verhuisde hij naar Londen waar hij een praktijk opzette als oogarts.
Als beginnend arts schreef hij al korte verhalen en in 1888 verscheen zijn eerste roman met de titel ‘A Study in Scarlet’ waarin Sherlock Holmes voor het eerst voorkwam. Een illustratie uit deze roman is opgenomen op het omslag van een postzegelboekje uit 1987. De belevenissen rond Sherlock Holmes verschenen eerst als vervolgverhalen in het tijdschrift ‘The Strand Magazine’. Holmes woonde samen met Dr. Watson op het adres 221B Baker Street in Londen.
De uitrusting van Holmes bestond uit een groen geblokte ‘Inverness’ cape met bijpassende ‘deerstalker’ pet en zijn onafscheidelijke pijp en vergrootglas. De illustraties bij de verhalen van Sherlock Holmes in het tijdschrift ‘The Strand Magazine’ werden vervaardigd door Sidney Paget.
De meest bekende roman over de belevenissen van Sherlock Holmes is ‘The Hound of the Baskervilles’ dat in 1902 verscheen. Het verhaal werd eerst van augustus 1901 tot april 1902 als vervolgverhaal gepubliceerd in het tijdschrift waarna het in boekvorm werd uitgegeven. Het idee voor het verhaal vond zijn oorsprong in een legende rond de rijke landheer Richard Cabell die leefde in de 17de eeuw in Buckfastleigh in Devon. Hij had een passie voor jagen en werd door de bevolking gezien als een monsterlijk kwaadaardige man die zijn ziel aan de duivel had verkocht. Na zijn overlijden zag men regelmatig een hond rond zijn graf en men dacht dat de geest van Cabell verband hield met die angstaanjagende hond.
Sherlock Holmes deed zijn inspiratie op tijdens zijn verblijf in Cromer in het graafschap Norfolk. Het landhuis van de hoofdpersoon in de roman werd Cromer Hall en de legende rond de helhond ‘Black Shuck’ die daar rondwaarde werd de hond van Sir Charles Baskerville. Baskerville woonde in een kasteel in het uitgestrekte Dartmoor in Devon. Hij leek aan een hartaanval te zijn overleden maar zijn vriend Dr. Mortimer die de dood vaststelde, vermoedde dat er meer aan de hand was en dat hij slachtoffer was geworden van een bovennatuurlijk wezen in de gedaante van een helhond.
Hij vond grote afdrukken van hondenpoten rond het lijk en kende de Baskerville vloek die al eeuwen lang op de familie rustte. De vloek zou door wandaden van een voorvader van Sir Charles Baskerville zijn ontstaan door Sir Hugo Baskerville die de dochter van een vrijboer had ontvoerd en opgesloten in zijn kasteel. Ze kon ontsnappen maar Hugo zette met zijn jachthonden de achtervolging in. Later werd zijn lijk gevonden samen met het lijk van de ontvoerde vrouw. Een grote helhond stond naast het lijk van Hugo, beet hem de strot af en verdween in de nacht. Dr. Mortimer nodigde Sherlock Holmes uit om de zaak te onderzoeken.
Op het omslag van vier postzegelboekjes uit 1987 zijn afbeeldingen opgenomen die voorkomen in de boeken over Sherlock Holmes. Zoals het hierboven afgebeelde omslag tijdens het onderzoek naar sporen die konden leiden naar de oplossing van de oorzaak van de dood van Sir Charles. Achter de geknielde Holmes staat Dr. Watson.
In juni 1893 publiceerde Doyle een van de korte verhalen over Sherlock Holmes met de titel ‘The Adventure of the Reigate Squire’, ook wel als ‘The Reigate Puzzle’. Het is een van de 12 verhalen die zijn gebundeld als ‘The Memoires of Sherlock Holmes’. Holmes lost hierin een moord op aan de hand van een stukje briefpapier waarop enkele woorden staan. Door de brief te vinden waarvan dit stukje afkomstig is weet hij de moordenaar te ontmaskeren.
Een ander kort verhaal uit de bundel van 12 behorende tot ‘The Memoires of Sherlock Holmes’ verscheen in september 1893. Hierin wordt voor het eerst de broer van Sherlock Holmes, Mycroft, ten tonele gebracht. Via zijn broer komt hij in aanraking met enkele ontvoerders van een Griek, Kratides, die gedwongen zou zijn om van zijn eigendommen via een overdracht afstand te doen. Een tolk, Melas, die door de ontvoerders naar het huis was gebracht om de overdracht te vertalen heeft dit in de Diogenes Club waarvan Mycroft lid was, verteld. Sherlock Holmes weet het huis waar de ontvoerders zich bevonden te vinden en de zaak op te lossen.
‘The Final Problem’ is een van de 12 korte verhalen die in december 1893 zijn gepubliceerd en later opgenomen in de bundel ‘The Memoires of Sherlock Holmes’. Na een bezoek van professor Moriarty gaat Sherlock Holmes naar Dr. Watson en als hij net de hoek omslaat wordt hij bijna aangereden door een taxi. Hij kan net op tijd wegspringen. Even verderop valt een baksteen van een huis die hem net mist. Iets verder wordt hij belaagd door een duister figuur met een gummistok.
Professor Moriaty blijkt een crimineel meesterbrein te zijn en had Holmes gewaarschuwd te stoppen met zijn onderzoek naar de handel en wandel van de professor. Holmes echter gaat door met zijn onderzoek en komt door Moriaty te volgen in België terecht en vandaar via Duitsland in Zwitserland. Na omzwervingen samen met Dr. Watson wordt Moriaty gevonden bij de waterval van Reichenbach. Dr. Watson was echter daarvoor weggelokt en teruggekeerd naar de herberg waar ze verbleven. Dr. Watson doorziet de opzet en keert snel terug naar de waterval waar hij niemand meer aantreft. Wel vindt hij sporen van een gevecht en voetsporen naar een ravijn. Dr. Watson neemt aan dat beide mannen in het gevecht zijn gevallen en overleden. Dr. Watson keert terug naar Engeland zonder zijn vriend Holmes die voorgoed blijkt te zijn verdwenen.
Het korte verhaal ‘The Six Napoleons’ is opgenomen in de bundel met 16 verhalen met de titel ‘The Return of Sherlock Holmes’. Het werd gepubliceerd in mei 1904. Hier wordt Holmes ingeschakeld voor onderzoek door inspecteur Lestrade van Scotland Yard omdat in korte tijd inbraken zijn gepleegd in huizen waarvan de eigenaar een gipsen buste van Napoleon hadden gekocht. Niets werd gestolen maar de bustes werden stuk voor stuk kapotgeslagen aangetroffen. Na onderzoek komt Holmes er achter dat iets in een buste, waarvan er zes waren vervaardigd, is verstopt. Na de vernietiging van de vijfde buste weet hij de zesde te bemachtigen, slaat deze kapot en vindt de ‘zwarte parel van Borgias’.
In Londen is het Sherlock Holmes Museum gevestigd op het adres Baker Street 221B. Eigenlijk was het huisnummer 239 maar werd met toestemming van het gemeentebestuur omgenummerd om het pand hetzelfde adres te geven als vermeld in de boeken van Sir Arthur Conan Doyle. Het ligt aan de noordkant van de straat, vlak bij Regent’s Park. Toen Conan Doyle zijn verhalen publiceerde bestond Baker Street helemaal nog niet!
Het museum werd geopend in 1990 en was tussen 1860 en 1936 een pension waar kamers werden verhuurd. Het museum is gevestigd op de 1ste, 2de en 3de verdieping en ingericht zoals het er vroeger uitgezien moest hebben in de tijd dat Sherlock Holmes en Dr. Watson leefden. Vele voorwerpen die te zien zijn komen voor in de verhalen van Sherlock Holmes.
Arthur Conan Doyle overleed op 7 juli 1930 in zijn woning in Crowborough graafschap East-Sussex. Op de foto die is genomen in begin 1930 is hij afgebeeld met zijn zoon Adrian. De foto is afkomstig uit het Bundesarchiv. Hij werd op zijn wens begraven in de rozentuin van Windlesham en herbegraven op het kerkhof van Minstead in New Forest graafschap Hampshire. Een standbeeld is voor hem opgericht op een pleintje in Crowborough tegenover de Wetherspoon pub ‘The Crowborough Cross’ gebouwd in 1791. Tot 1949 was de naam van de pub ‘Red Cross Inn’ omdat op oude landkaarten de herberg was gemarkeerd met een rood kruis. Maar vanwege de bescherming van het Rode Kruis volgens de Conventie van Genève in 1949 moest de naam worden gewijzigd. De serie postzegels, uitgegeven op 12 oktober 1993, werd ontworpen door Andrew Davidson. Heeft u de boeken over Sherlock Holmes gelezen?
Reacties (7) Schrijf een reactie
In de zegels van 1993 is voor de speurders onder de filatelisten nog een grapje verborgen. In elke zegel is een letter verborgen die samen de naam van de schrijver Doyle vormen.
Goed gevonden Franc! Ik geef drie letters als oplossing: Y is te vinden bij het touw om de voeten van de Greek Interpreter, de letter L op het omslag voorzijde van het boek op de tafel van de Six Napoleons en de letter E op het omslag (kaft) van het boek in de boekenkast van de Reigate Square. Wie vindt de andere twee letters?
‘The Hound of the Baskervilles’ was het eerste Engelse boek dat ik las in mijn schooltijd.Sidderende spanning!
@ Cees Nu nog de B en de O en je weet dus in welke zegels je moet zoeken. Succes!
De D en O dus
@Yvonne In die tijd las ik The Adventure of the Speckled Band ook een Sherlock Holmes verhaal.
De cartofilatelist Walter Klinefelter heeft enkele boekjes geschreven over Sherlock Holmes, o.a. Sherlock Holmes In Portrait And Profile. Kijk o.a. op amazon.com
Schrijf een reactie
(registratie is niet nodig)