Soerabaja? 12 2 1942. NVPH nr 278. Kw zegel a E 225,=.
Gerelateerde artikelen
Met dit soort zegels moet je oppassen want ze kunnen makkelijk worden na- of vals afgestempeld.
Dit om een hogere catatloguswaarde te verkrijgen. De uitgifte van het zegel was in 1941, dus dat klopt in ieder geval.
Het is een smalle Lange Balk met 24 uurs aanduiding en 10 arceerlijnen.
Dat duidt op stempel type 6.
Reacties (6) Schrijf een reactie
Wanneer zoals in dit geval de afstempeling de handelswaarde van de zegel aanzienlijk verhoogt, dan geldt voor mij als stelregel: hoe mooier de stempel, hoe hoger de kans op vervalsing. Een certificaat is dus aangewezen, en dat certificaat moet geleverd worden door de verkoper. Beweringen als “die zegel is echt want hij komt nog van mijn grootvader”, of “iemand in de club die er veel van kent, zegt dat hij echt is” zijn uiteraard van nul en generlei waarde. Ik zou de boterham niet willen geven aan al die mensen die niet aan de verleiding hebben kunnen weerstaan en in goed vertrouwen iets hebben gekocht wat later bij keuring (met het oog op verkoop) nep bleek te zijn.
Naar mijn idee kun je voor een niet-gekeurd gestempeld exemplaar waarvan de gebruikt (is niet hetzelfde als gestempeld) waarde hoger ligt dan die van ongebruikt, maximaal de ongebruikt waarde hanteren. En maximaal dan ook zeer letterlijk genomen.
Een korte zoektocht als amateur-keurmeester op internet leert mij dat de datum in het stempel van 12 februari 1942 vlak vóór het moment van de Japanse aanval op Java (de stempelplaats Soerabaja bevindt zich op Java) ligt. De Karel Doorman ging op 27 februari 1942 ten onder in de Japanse invasie op Java. Dat was ruim twee weken later.
Dit zou gunstig kunnen stemmen over de echtheid van het stempel dat getoond wordt op het paar 25 cent-zegels. Voordat W.O.II echt op Java aankwam, zal er nog steeds wel gewoon post verstuurd zijn.
Wat mij ongunstig stemt is waarom er twee 25 cent-zegels tegelijkertijd zijn gestempeld. Op een brief zou een zegel van 50 cent van dezelfde Konijnenburgserie toch sneller en handiger geplakt zijn?
Het stempeltype “6 met smalle balk” zelf zie ik op de veel voorkomende Konijnenburgzegels van 10, 17 1/2, 30, 50, 60, 80 cent en 1 en 2 gld wel voorkomen in 1941 en 1942, alleen komt Soerabaja daar niet in voor. Toeval?
Hopelijk zegt een echte keurmeester er nog wat over hier op Postzegelsblog.
@Prins. Het gebruik van 2 zegels van 25 cent in plaats van 1 van 50 lijkt me wel normaal als het toen een geldend tarief was ergens voor. Als ik met mijn poststukken boven de 20 gram kom gebruik ikzelf ook 2 zegels categorie 1 (die ik altijd op voorraad heb) in plaats van 1 met de waarde 2.
Het stempel Soerabaja met datum 12.2.42.13 (= 12 februari 1942 tussen 13:00 en 14:00 uur) wat op dit paartje is afgestempeld is gegarandeerd echt.
We weten niet op welk soort poststuk dit paartje heeft gezeten. Het kan bijvoorbeeld een zwaar wegend luchtpoststuk zijn geweest, dat met nog veel meer zegels was gefrankeerd. Een groot postkantoor als Soerabaja had voor verschillende postale diensten (zoals de postwisseldienst, luchtpoststukken, etc. ) verschillende loketten, met ieder een eigen langebalkstempel.
Heel goed is dat gewezen wordt op mogelijke vervalsingen, zeker als de zegels gebruikt (veel) hoger noteren dan ongebruikt. Zo zijn echt gebruikte zegels van 35 cent en 5 gulden rariteiten, maar ook op de 20 en 25 cent zien we vaak valse stempels.
Maar… dit paartje laat wel iets anders zien. Kijkt u eens goed naar de linker verticale tanding van de linker zegel. Dat klopt niet. De gaten van de onderste helft zijn te groot en te mooi: de zegel is daar ‘bijgetand’. Jammer, liever wat minder mooie tanding links dan bijgetand, juist omdat de afstempeling goudecht is.
#Peter SvL:
Dank voor de uitleg.
Schrijf een reactie
(registratie is niet nodig)