Het Chinese landschap is als een lappendeken, gevormd door twee tegengestelde krachten: de opwaartse kracht van bergketens die zowel langs de Noord-Zuid- als de Oost –West as lopen en de eroderende kracht van de drie grote rivieren ( de Gele Rivier, de Yangzi en de Parel) die van West naar Oost stromen.
Gerelateerde artikelen
Deze rivieren doorsnijden de bergketens en verbinden een aantal stroomgebieden. In dit heel opmerkelijk landschap zijn onder meer de Heilige Bergen gesitueerd. Heilige Bergen vormen een hoofdelement van het Chinese religieuze landschap en enkele van de belangrijkste zijn Boeddhistische Pelgrimsoorden. De vier bergen die elk worden geassocieerd met een speciale “Bodhisattva”, waren in dit verband bijzonder belangrijk: Wutai in het noorden, Jiuhua in het Zuiden, Emei in het Westen en Putuo in het Oosten.
Deze werden respectievelijk in verband gebracht met Mandjoeshri ( in het Chinees: Wenshu, Kstigarbha (Dizang), Samantabhadra (Puxian) en Avalokiteshvrara (Guanyin). Pelgrims vereerden deze figuren in de verschillende kloosters die ter ere van hen op de berghellingen waren gebouwd. Van de vier bergen had de Wutai de rijkste geschiedenis. Tegen de 6e eeuw stonden er meer dan tweehonderd kloosters. Japanse bezoekers in de 9e eeuw spraken van enorme massa’s pelgrims. Zijn beroemdste bouwwerk is de grote hal van Nanchansi. Die is opgetrokken in de 7e en 8e eeuw en het oudste nog bestaande gebouw in China. Op de berg Wutai werden erediensten gehouden voor Mandjoeshri, die in het Chinese en Tibetaanse boeddhisme heel belangrijk was. De Wutai was misschien wel het meest geroemde Aziatische pelgrims-oord buiten India.
KNBF mei 2017
Auteurs: Miep & Rob Ronde
Reacties (0)
Schrijf een reactie
(registratie is niet nodig)