Bij de verkrijgbaarstelling van de nieuwe Officiële Belgische Postzegelcatalogus van 1996 werd een velletje bijgesloten met een afbeelding van een niet aangenomen postzegelontwerp van het voorafgaande jaar. Het velletje was in opdracht van de uitgever van de catalogus, de Belgische Beroepskamer van Postzegelhandelaren, vervaardigd.
Gerelateerde artikelen
Op 28 januari 1995 was een blokje verschenen ten behoeve van de Promotie van de Filatelie met de waarde van 34F en een toeslag van 6F. Het ontwerp van de postzegel en het blokje was van Jacques Doppée, een ontwerper uit Corroy-le-Château die al eerder postzegels had ontworpen voor de Belgische en Luxemburgse postdienst. Hij ontwierp onder meer de Belgische postzegels ‘Slag bij Waterloo’ in 1990 en de Europazegels, Christoffel Columbus, van 1992. Het thema van het blokje was gewijd aan het Internationaal Carnaval- en Maskermuseum te Binche in het midden van de stad van de Gilles. Gilles zijn folkloristische personages die op Vastenavond naar buiten gaan in typische kledij. Ze dragen maskers voorzien van een soort brilletje (zoals afgebeeld op de postzegel) of hoeden met struisvogelveren versierd. De verticale banen verwijzen naar de patronen die op de speciale kleding van de Gilles voorkomen, evenals de sterren en de gekroonde leeuwen. De kleding zelf is van een bruine kleur. Een riem met bellen, klompen en een bundel wilgentakjes behoren ook tot de uitrusting.
De Beroepskamer van Postzegelhandelaren selecteerde een ontwerp waarbij de postzegel uiteindelijk wel werd gekozen voor de definitieve uitgifte, maar niet de tekening van het blokje. Op het velletje is een afbeelding opgenomen van het Carnaval- en Maskermuseum te Binche. Op de achterzijde van het velletje is een tekst aangebracht in de Franse of Nederlandse taal. De catalogus verscheen in twee talen en daarom ook twee verschillende teksten. Op het eerste velletje was de tekst aangebracht: NA1 – Creatie: Jacques DOPPÉE. Niet aangenomen ontwerp (1995). De oplage van de Nederlandstalige velletjes was 18.895 stuks en de Franstalige 13.751 exemplaren.
Wederom voor de Promotie van de Filatelie werd op 17 februari 1996 een blokje uitgegeven. Nu gewijd aan het Museum Vleeshuis te Antwerpen. Het ontwerp was van Rob Buytaert, grafisch vormgever geboren in 1936 die na zijn opleiding tot industrieel vormgever te Eindhoven, in 1961 verder ging als kunstenaar. Museum Vleeshuis toont 600 jaar muziek en dans. De collectie – bestaande uit onder meer muziekinstrumenten, prenten, teksten en maquettes – vertelt verhalen van muzikanten, beiaardiers en operazangers en wekt hun optredens weer tot leven. Het museum is gevestigd in de ‘oude vleeshalle’ gebouwd tussen 1501 en 1504 in opdracht van het beenhouwersgilde.
In de postzegelcatalogus van 1997 werd een niet aangenomen ontwerp opgenomen waarbij op de postzegel het vleeshuis is afgebeeld met op het velletje een deel van het majolicatableau ‘De val van Saulus’. Het tableau uit 1547, dat te zien is op de eerste verdieping van het Vleeshuis, is in zijn geheel opgenomen op het definitieve blokje. Het ontwerp was van ontwerpster Désiré Roegiest. De oplage in de Nederlandse taal was 16.750 stuks; Franstalig 13.105 exemplaren.
Op 29 juni 1996 werd een blokje uitgegeven ter gelegenheid van 100 jaar moderne Olympische Spelen. Het ontwerp van de postzegel en het blokje was van grafisch ontwerpster mevrouw Els Vandevyvere. Over deze ontwerpster heb ik weinig kunnen vinden. Wel dat ze later meer ontwerpen zou maken voor postzegels en dat eveneens velletjes niet aangenomen ontwerpen van haar hand zouden verschijnen.
Het velletje opgenomen in de postzegelcatalogus van 1998 vertoont echter géén niet aangenomen ontwerp van Els Vandevyvere, maar van de kunstenaar Henri-François Simon. Opvallend is hierbij dat de afbeelding op de postzegel in beide gevallen een hoogspringer is. Was dat de opdracht voor de ontwerper? Dan een vraag: geven dit soort velletjes uitgegeven door de Beroepskamer van Postzegelhandelaren een extra dimensie aan de filatelie doordat ze een blik geven op het ontwerpproces? U mag het zeggen!
Reacties (1)
“Geven dit soort velletjes uitgegeven door de Beroepskamer van Postzegelhandelaren een extra dimensie aan de filatelie doordat ze een blik geven op het ontwerpproces?”
Uiteraard niet, integendeel.
Waarom dat zo is, waarom die stukjes kleurig bedrukt papier niet alleen volstrekt waardeloos zijn, maar zelfs schadelijk voor de filatelie, is door de lezers van deze blog al uitvoerig aangegeven in de commentaren bij het artikel dat Cees in 2008 schreef over zwartdrukken en blauwdrukken. Link: https://www.postzegelblog.nl/2008/09/22/zwartdruk-blauwdruk-wat-doen-we-ermee/
Schrijf een reactie
(registratie is niet nodig)