De Deense koningin Margrethe II viert 16 april haar zeventigste verjaardag en dat werd 10 februari postaal gevierd met de uitgifte van vier zegels, de eerste van een nieuwe permanente reeks, de zesde sinds 1974, nadat ze in 1972 haar vader, Frederik IX, opvolgde. Op de zegels de koningin en profil; waarden, met steeds rechts een gekleurde band: 5,50 kr. (rood), 6,50 kr. (blauw), 8,50 kr. (lichtgroen) en 9,50 kr. (donkerblauw).
Gerelateerde artikelen
Een nieuwe permanente reeks, en aangezien van permanente reeksen prachtige collecties kunnen worden opgebouwd, hierbij een overzicht van alle Margrethe’s. De eerste permanente reeks met de beeltenis van koningin Margrethe (en profil), die 32 öre-zegels zou gaan tellen, werd op 21 februari ingezet met zes zegels: 60 (donkersiena), 70 (rood), 80 (zwartgroen), 90 (violet), 100 (donkervioletblauw) en 120 (zwartblauw); verder: 9/7 1974, 60 (roodoranje), 70 (donkersiena) en 90 (rood); 23/3 1975, 100 (bruingrijs) en 130 (violetblauw); 29/3 1976, 80 (donkersiena), 90 (grijsviolet) en 100 (donkerbruin); 27/10 1977, 100 (rood), 120 (rood) en 180 (rood); 16/2 1978, 110 (roodoranje) en 150 (donkerblauw); 9/4 1979, 90 (grijsviolet), 110 (donkersiena), 130 (lichtrood) en 160 (ultramarijn); 29/5 1980, 140 (bruinlichtrood) en 180 (violetultramarijn); 11/9 1980, 210 (zwartgrijsbruin); 2/1 1981, 160 (donkeroranjerood), 230 (zwartolijf) en 250 (donkergroenblauw); 19/2 1981, 130 (donkersiena),150 (roodoranje); 4/5 1981, 200 (ultramarijn).
De tweede set, die 28 kr.-zegels telt (en face), ging 14 januari 1982 van start met een 1,60 kr.-zegel (bruinlichtkarmijn). Verder:13/5 1982, 1,80 (donkerblauw), 2,00 (bruinlichtkarmijn) 2,70 (blauwviolet); 29/8 1982, 1,60 (zwartolijfgroen) 2,30 (purperviolet); 30/3 1983, 2,20 (donkergroen), 2,50 (bruinrood), 3,00 (donkergrijsviolet) 3,50 (donkerblauw); 5/1 1984, 2,70 (bruinlichtkarmijn), 3,30 (blauwzwart) 3,70 (zwartvioletultramarijn); 10/1 1985, 2,80 (donkerbruinrood), 3,50 (zwartvioletpurper), 3,80 (zwartvioletultramarijn); 7/1 1988, 3,00 (bruinlichtkarmijn), 3,20 (purperviolet), 3,80, (zwartpurper) 4,10 (zwartvioletultramarijn); 26/1 1989, 3,20 (bruinlichtkarmijn),3,40 (zwartvioletgroen), 4,20 (purperviolet) 4,40 (zwartvioletultramarijn); 11/1 1990, 3,50 (bruinlichtrood), 3,75 (zwartolijfgroen), 4,50 (donkerpurperviolet), 4,75 (zwartvioletultramarijn).
De derde set, tien zegels (en face) begon 5 april 1990, 3,50 (rood); 14/2 1991, 3,75 (donkergroen), 4,50 (donkerviolet), 4,75 (donkerblauw); 10/6 1992, 3,75 (bruinlichtrood), 4,75 (donkerviolet), 5,00 (donkerblauw); 13/1 1994, 5,50 (zwartblauwgroen); 27/6 1996, 4,00 (donkerbruin), 5,25 (zwartblauw).
De vierde set, elf zegels (en profil): 14/1 1997, 3,75 (bruinlichtlila); 29/8 1997, 4,00 (donkergroenblauw), 4,75 (donkerbruin), 5,00 (donkerroodviolet), 5,25 (zwartblauw); 26/3 1998, 4,25 (olijfbruin), 4,50 (blauwzwart), 5,50 (bruinlichtkarmijn); 13/1 1999, 4,00 (karmijn), 6,75 (donkergroenblauw); 3/1 2000, 5,75 (donkerkobalt).
De vijfde reeks, 24 zegels (en face): 12/4 2000, 4,00 (lilarood), 4,25 (kobalt), 4,50 (roodoranje), 5,00 (groenblauw), 5,25 (zwartblauw), 5,50 (donkerviolet); 9/5 2001, 6,00 (okerbruin) 7,00 (donkerpurper); 2/1 2002, 4,75 (zwartbruin), 6,50 (zwartgroenolijf); 2/1 2003, 4,25 (lilarood), 6,25 (donkergeellichtgroen), 8,50 (donkerkobalt); 2/1 2004, 4,50 (lilarood); 3/1 2005, 7,50 (donkervioletblauw); 11/11 2005, 4,75 (donkerlilaroze), 8,00 (zwart); 10/11 2006, 7,25 (zwartvioletgrijs), 8,25 (zwartgroenblauw); 3/1 2008, 5,50 (donkerlilaroze), 6,50 (violetblauw), 7,75 (zwartvioletgrijs), 8,75 (zwartgroenblauw); 2/1 2009, 9,00 (violetblauw).
Aanvulling (met dank aan Jan Prygoda):
Vandaag, 24 maart kwam de echte verjaardagspostzegel uit. Deze toont een balkonscène van Margrethe met haar nakomelingen en aangetrouwde familie.